Longitudinaal onderzoek naar de rol van de microbiota bij PDS leidt tot ontdekking van mogelijke nieuwe behandeldoelwitten.
Verschillende factoren spelen rol bij ontstaan PDS
Prikkelbaredarmsyndroom (PDS) is een multifactoriële aandoening. Dat wil zeggen dat verschillende factoren een rol spelen bij het ontstaan ervan en bij het optreden van de symptomen. Een van de belangrijkste kenmerken van PDS is de verandering van de frequentie en consistentie van de ontlasting. Op basis hiervan wordt onderscheid gemaakt in PDS-D (mensen met vooral diarree), PDS-C (mensen met vooral obstipatie) en PDS-M (gemengde vorm, waarbij diarree en obstipatie elkaar afwisselen). Op dit moment kan PDS nog niet genezen worden. Wel zijn er verschillende behandelopties om de symptomen te verminderen en kwaliteit van leven te verbeteren. Een daarvan is probiotica, waarmee de darmmicrobiota beïnvloed kan worden. Niet alle probiotica waarvan bekend is dat ze bij PDS kunnen helpen, werken echter bij alle PDS-patiënten.
Andere vorm van onderzoek
De meeste onderzoeken naar PDS zijn cross-sectioneel. Dat wil zeggen dat er op één bepaald tijdstip één bepaalde situatie of aspect geobserveerd wordt. In een onderzoek van de Amerikaanse Mayo Clinic werden diverse factoren onderzocht die een rol kunnen spelen bij PDS gedurende een periode van zes maanden. Hierbij ging het om informatie zoals eetpatroon, PDS-symptomen, informatie over de ontlasting, verandering in de expressie van genen in het maag-darmkanaal, samenstelling van de darmmicrobiota en welke stoffen, afkomstig van voeding, de microbiota of de gastheer zelf aanwezig zijn in de ontlasting. Deze gegevens werden samengevoegd en geanalyseerd om zo verbanden te kunnen leggen om meer inzicht te krijgen in de wijze waarop de mechanismen van de darmmicrobiota een rol spelen bij PDS.
Combinatie onderzoeksgegevens zorgt voor nieuwe inzichten
Dit leidde onder meer tot de ontdekking van een nieuwe metabole route die van groot belang is voor PDS. Hierbij is het metaboliet hypoxanthine betrokken, dat nodig is voor de gezondheid van de darmbarrière. De onderzoekers ontdekten dat veranderingen in het metabolisme van hypoxantine gelinkt zijn aan zowel de productie van hypoxatine door het lichaam als de darmbacteriën. Zo bleken de hoeveelheden hypoxanthine in de darmen bij zowel PDS-C als PDS-D verlaagd te zijn omdat de darmmicrobiota dit gebruikte en afbrak.
Verhoogde productie tryptamine bij PDS-D
Ook werden andere, door bacteriën geproduceerde stoffen gevonden die een rol kunnen spelen bij PDS. Zo was er bij mensen met PDS-D sprake van een verhoogde productie door darmbacteriën van tryptamine. Meer tryptamine zorgt voor een hogere afscheiding van water in de darmen. Bij deze patiënten leek er ook sprake te zijn van een verminderde omzetting van galzouten door de microbiota. Dit leidde tot grotere hoeveelheden primaire galzuren in de dikke darm. Dit kan zorgen voor irritatie van de dikke darm en een toename van de secretie van water, wat kenmerkend is voor PDS-D.
Minder korteketenvetzuren bij PDS-C
Bij mensen met PDS-C bleek er sprake te zijn van een afname van de productie van korteketenvetzuren butyraat en acetaat. Deze metabolieten van de darmmicrobiota stimuleren de darmbewegingen en daarmee de verplaatsing van de ontlasting door de darmen.
Onderzoek leidt mogelijk tot nieuwe behandelopties
Alles bij elkaar leidde het combineren van data van zowel de gastheer als de darmmicrobiota tot de identificatie van specifieke metabolieten die een belangrijke rol spelen bij de verschillende subtypes van PDS. Op basis van deze resultaten, concluderen de onderzoekers dat bacteriën die tryptamine en/of korteketenvetzuren produceren, mogelijk kunnen helpen bij PDS-C. Terwijl bacteriën die primaire galzuren kunnen omzetten naar secundaire galzuren mogelijk ingezet kunnen worden bij PDS-D. Bacteriën die hypoxanthine kunnen produceren, kunnen wellicht bij beide groepen worden ingezet.
Referentie
Mars RAT, Yang Y, Ward T, et al. Longitudinal multi-omics reveals subset-specific mechanisms underlying irritable bowel syndrome. C
PDS
Kwaliteit van leven
Darmmicrobioom
Onderzoek