Het is belangrijk om meer aandacht te hebben voor de vaginale microbiota, in dit artikel een uitgebreide uitleg.
Volgens dr. Jessica Younes is het belangrijk om meer aandacht te hebben voor de vaginale microbiota. Zij deelt met u de kennis die ze heeft opgedaan tijdens haar promotieonderzoek, zowel op wetenschappelijk als praktisch vlak.
Bacteriën in de vagina spelen een cruciale rol bij de bescherming tegen infectieziekten. De vaginale microbiota van een vrouw verandert tijdens de verschillende fases van haar leven drastisch van samenstelling (figuur 1). Deze veranderingen lijken een direct verband te hebben met haar oestrogeenniveaus [1]. Oestrogeen reguleert de verdikking van het vaginale epitheel en de productie van vaginaal glycogeen, dat wordt gebruikt door bepaalde commensale bacteriën zoals Lactobacillus-soorten [1]. Deze bacteriën zijn cruciaal voor een gezonde vagina doordat zij dit glycogeen omzetten in melkzuur, wat zorgt voor een beschermende zuurgraad (pH 3.8-4.2) [2;3]. Deze lage zuurgraad beperkt of voorkomt de groei van bepaalde pathogene organismen. Een verstoring in de vaginale microbiota kan op verschillende wijzen veroorzaakt worden. De belangrijkste zijn het gebruik van antibiotica [12], hormonale (en andere) anticonceptiemiddelen [13; 14], geslachtsgemeenschap [15], vaginale glijmiddelen [16], vaginale douche [17], menstruatie [18 - 21], zwangerschap [22] en stress [23 - 25].
Belangrijke recente ontwikkelingen hebben de manier waarop we bacteriën kunnen bekijken fundamenteel veranderd. De meest recente studies gebruiken nu DNA-technologie in plaats van de traditionele bacteriekweek. Deze studies hebben de vaginale bacteriesamenstelling van gezonde, asymptomatische en symptomatische vrouwen in beeld gebracht [4 - 11].
Hierdoor zijn we ons er nu van bewust dat er verschillende soorten gezonde bacteriesamenstellingen zijn, deze kunnen per periode en per persoon sterk verschillen [5 - 7]. Opvallend is dat verschillende gezonde vaginale microbiota’s gedomineerd worden door slechts enkele soorten, meestal lactobacillen (zoals groep I, II, III en V in figuur 2). Met andere woorden, lage soorten-diversiteit correleert met vaginale gezondheid, terwijl in de darm hoge diversiteit in verband wordt gebracht met gezondheid. Het is echter niet zo simpel dat lage vaginale diversiteit altijd gezonder dan hoge. Zowel in groep IIII als IV uit figuur 2 komen bijvoorbeeld relatief veel klachten voor. Ons begrip van de vaginale microbiota is beperkt. Echter, er is een groeiende consensus dat de dominante commensale vaginale bacteriën interacteren en gezamenlijk weerstand bieden tegen groei van pathogene bacteriën. Als gevolg van de verschillen in vaginale bacteriesamenstelling tussen vrouwen, is het logisch dat sommige vrouwen vaak klachten hebben en andere niet. Dit zou ook kunnen verklaren waarom sommige vrouwen wel reageren op bepaalde behandelingen, terwijl anderen dat niet doen.
De vaginale epitheelcellen van een vrouw lijken de vaginale microbiota selectief te beïnvloeden door belangrijke nutriënten aan te bieden in de afscheiding [1]. Elke vier uur vindt er omzetting en afschilfering van de bovenste laag van de gelaagde epitheelcellen plaats [26], tezamen met de vaginale mucus heeft dit een beschermende functie: een soort van zelfreinigend mechanisme. Bovendien kunnen vaginale epitheelcellen pathogenen detecteren en als reactie daarop antimicrobiële peptiden en cytokines produceren [27].
Er zijn duidelijke gevolgen van slechte vaginale gezondheid op de mogelijkheid tot voortplanting, seksuele prestaties en de algehele kwaliteit van leven van de vrouw. Bacteriële vaginose is betrokken bij vrouwelijke onvruchtbaarheid en is zelfs mogelijk een onderschatte oorzaak van (onverklaarde) onvruchtbaarheid [28]. Vaginale infecties verhogen het risico op complicaties tijdens de zwangerschap zoals vroeggeboorte, laag geboortegewicht en vroegtijdig breken van de vliezen [29]. Een onderzoek heeft aangetoond dat vrouwen met bacteriële vaginose een verhoogd risico hebben op infecties van de urinewegen [30]. Bovendien rapporteren veel vrouwen dat de invloed van vaginale infecties op hun kwaliteit van leven veel groter is dan alleen de fysieke symptomen. Emoties zoals schaamte, frustratie, gebrek aan controle en angst komen veel voor en zijn vaak gerelateerd aan hun gevoel van eigenwaarde en het seksleven [31].
Bepaalde seksuele activiteiten zoals onbeschermde vaginale of orale seks en seks met verschillende partners kunnen het risico op een vaginale infectie voor een vrouw verhogen. Dit komt omdat de microbiële gemeenschappen van de sekspartner (penis, vagina, mond, rectum) kan fungeren als een reservoir voor pathogene organismen en zo een nieuwe infectie of een herinfectie kan veroorzaken [15].
Van tampons is bekend dat ze de samenstelling van de vaginale microbiota veranderen, los van de veranderingen die normaal optreden tijdens de menstruatie. Een gezonde vaginale microbiota is in staat zichzelf in evenwicht te brengen na een menstruatie [32]. Echter langdurig gebruik van tampons (4-6 uur) dient te worden vermeden omdat het de groei van pathogenen kan bevorderen. Zo kan door overmatige groei van de pathogene types van Staphylococcus aureus toxisch shocksyndroom optreden, dat zelfs dodelijk kan zijn [33].
Uit een recente meta-analyse bleek dat hormonale anticonceptie geassocieerd is met een lager risico op bacteriële vaginose [34]. De onderzoekers veronderstellen dat dit gedeeltelijk gebeurt door een verminderde frequentie van de menstruatie. Ook uit andere studies is bekend dat bacteriële vaginose vaker voorkomt rondom de menstruatie [35; 36].
Vaginaal douchen is een veel voorkomende vorm van vrouwelijke hygiëne en moet in elke vorm strikt worden vermeden. Uit zowel wetenschappelijk onderzoek als de praktijk blijkt dat vaginaal douchen de dichtheid van de normale vaginale microbiota vermindert [37], de pH abrupt verandert [38] en zo overgroei van pathogene micro-organismen mogelijk maakt [39]. De kans op bacteriële vaginose [40 - 42], recidiverende vulvovaginale candidiasis [43], terugkerende urineweginfecties [44], verminderde vruchtbaarheid [45], ontsteking in het kleine bekken [39], seksueel overdraagbare infecties[46], buitenbaarmoederlijke zwangerschap [47] en vroeggeboorte [48; 49; 42] worden verhoogd door vaginaal douchen. Vrouwen voeren de vaginale douche uit hetzij om het verwachte hygiënische effect, hetzij om traditionele redenen [50; 51]. Echter, de vagina heeft een eigen natuurlijk zelfreinigend mechanisme, zoals eerder beschreven. Bovendien beseffen de meeste vrouwen niet welke mogelijke nadelige gevolgen de vaginale douche kan hebben op de (vaginale) gezondheid [39]. Het advies van een zorgprofessional is een van de weinige manieren om vrouwen te overtuigen te stoppen met vaginaal douchen [50].
Vaginale microbiota
vrouwelijke microbioom
Microbiota